Recht in de ogen

Recht in de ogen

Onlangs werd op het kantoor van Buntsma Advocaten gefilmd voor het televisieprogramma Recht in de ogen.

Onder leiding van Charles Groenhuijsen gaan dader en slachtoffer van een misdrijf in dit programma met elkaar in gesprek, ook wel bekend onder de term herstelrecht. Woede en tegenstellingen maken plaats voor begrip en erkenning en soms zelfs tot verzoening. Onderzoek heeft immers aangetoond dat herstelrecht effectief is. Het maakt slachtoffers sterker en geeft ze meer genoegdoening.

In 2021 begeleidde mr. Buntsma een cliënt gedurende een meditiontraject dat uiteindelijk resulteerde in een verzoening tussen slachtoffer en dader. Misdaadjournalist en producent Simon Vuyk wil meer bekendheid geven aan het herstelrecht voor slachtoffers van misdrijven en dat was voor hem reden een drieluik over dit onderwerp te maken.

Benieuwd naar de aflevering? Klik dan hier.

Gun de kinderen ook (zomer)vakantie

Gun de kinderen ook (zomer)vakantie

Een onderdeel van het ouderschapsplan is de zorgregeling en de verdeling van de vakantie- en feestdagen. Uitgangspunt is vaak dat de vakanties bij helfte tussen de ouders worden verdeeld of dat de zorgregeling in de vakanties (van bijvoorbeeld één week) wordt gevolgd. Dat resulteert voor kinderen in de zomervakantie vaak in een verblijf van drie aaneengesloten weken bij vader en drie aaneengesloten weken bij moeder.

Gun de kinderen ook (zomer)vakantie

Gun de kinderen ook (zomer)vakantie

Op reis met de kinderen

Begrijpelijkerwijs willen beide ouders dan ook precies die weken met de kinderen op reis. Vanuit het oogpunt van de ouders een logische keuze, maar de vraag is of de kinderen dit ook wel zo prettig vinden. In de praktijk heb ik inmiddels ondervonden dat kinderen, zeker als ze wat ouder worden, het helemaal niet zo fijn vinden om zes weken achter elkaar van huis te zijn. Zij willen graag ook de tijd hebben thuis te zijn, rust te hebben, deel te kunnen nemen aan de gebruikelijke sportactiviteiten e.d. Vanuit alle goede bedoelingen van de ouders wordt dit met regelmaat over het hoofd gezien.

Gelijkmatige verdeling

Dus ouders: gun je kinderen ook in de zomervakantie rust, waarbij ze gewoon lekker thuis mogen zijn. Plan niet hun hele vakantie vol en kijk naar de mogelijkheden om bijvoorbeeld in de kerst- of meivakantie op reis te gaan. Een gelijkmatigere verdeling hiervan is voor de kinderen vaak prettiger dan zes weken achter elkaar weg te zijn. En als de kinderen al wat ouder zijn, kunnen zij vaak zelf aangeven wat hun wensen/behoeften zijn.

Auteur: Linda van Haperen

Rouw en echtscheiding

Rouw en echtscheiding

Onlangs maakte ik van dichtbij een overlijden mee waarbij ik diep werd geraakt. Een gevoel van onmacht, onbegrip en intens verdriet overviel mij. Na een chaotische periode kwam langzaam het besef van wat verlies daadwerkelijk betekent en het besef dat het leven doorgaat. Een verlies en het rouwproces veranderen je leven. Rouwen is zo makkelijk nog niet.

Rouwen is zo makkelijk nog niet.

Rouwen is zo makkelijk nog niet.

Verwerken van scheiding

Net als bij een overlijden kent ook een scheiding een rouwproces. Het verwerken van de scheiding is van groot belang om een stabiele nieuwe toekomst te kunnen opbouwen. De fases van rouw kunnen een grote invloed op het scheidingsproces hebben als de vertrekkende partij in een andere fase zit dan de verlaten partij. Inzicht in de Kübler-Ross rouwverwerkingscurve kan dan helpen om te kijken in welke fase zowel jij als je partner zich bevinden.

Kübler-Ross rouwverwerkingscurve

De Kübler-Ross rouwverwerkingscurve gaat uit van diverse fasen, welke fasen de meeste mensen doormaken. Al wil dit niet zeggen dat je alle fases (helemaal) doormaakt. Dat is voor iedereen verschillend. Van belang is wel dat je de fasen en de daarbij behorende emotie toelaat en doorloopt. De ene fase zal je makkelijker afgaan dan de andere. Soms lopen de fasen door elkaar en ga je eenzelfde fase meerdere keren door. Het gaat om de volgende fasen:

Ontkenning

Je ontkent de breuk. Misschien hoop je dat de ander nog terug komt op de beslissing en denk je: ‘het zal vast een midlifecrises zijn’. Zeker als je geen verklaring voor de keuze van de ander om te scheiden kunt vinden, kan dat angstig zijn.

Boosheid

Als duidelijk is geworden dat een scheiding onvermijdelijk is, kun je boos zijn. Heel boos. Een valkuil hierbij is dat er sprake kan zijn van onredelijke standpunten of zelfs bedreigingen. Het is vaak ‘prettiger’ om boos te zijn dan verdriet te voelen (de volgende fase). De boosheid zal plaats moeten gaan maken voor het toelaten van verdriet.

Verdriet

Als de boosheid verdwijnt, komt het besef dat je de ander echt kwijt bent. Dat is pijnlijk en het verdriet kan overweldigend zijn. Soms lijkt het beter om dit verdriet te ontvluchten door je bijvoorbeeld op je werk te storten, maar dat zal het rouwproces alleen maar vertragen. Door de pijn toe te laten, zal het langzaam beter gaan en kan het verdriet stapje voor stapje afnemen. Ieder uit zijn/haar verdriet anders. Soms uit zich dit in huilbuien en bij een ander weer in lichamelijke klachten.

Machteloos / apathie

Je kunt je machteloos gaan voelen doordat je je realiseert dat je oude leven voorbij is. In deze fase is het opletten dat er geen depressie gaat ontwikkelen. Soms wordt je onverschillig doordat je niet de kracht kunt vinden om je emotionele, geestelijke en sociale leven weer op te pakken.

Acceptatie en berusting

Uiteindelijk wil je in een situatie terechtkomen waarin je je nieuwe leven kunt accepteren. Hierdoor ontstaat rust en de mogelijkheid om afscheid te nemen van datgene dat voorbij is.

Uitdaging

Je gaat je weer richten op de toekomst. Het glas is weer half vol in plaats van half leeg.

Een nieuwe toekomst

Het leven biedt weer nieuwe mogelijkheden/kansen en deze pak je aan.

Echtscheiding verwerken

Geef jezelf de ruimte om een echtscheiding te verwerken. Vaak duurt deze periode langer dan de echtscheiding zelf. Als je in staat bent om rustig te erkennen dat het huwelijk voorbij is, dan begin je langzaam weer je toekomst in te richten. Hoe deze er uit zal zien, dat bepaal je helemaal zelf!

Linda van Haperen

Wijziging alimentatiebijdrage

Wijziging alimentatiebijdrage

In de huidige situatie worden we weer eens met onze neus op de feiten gedrukt. Zowel onze medische gezondheid als onze financiële situatie kan snel veranderen. Het corona-virus kan grote financiële gevolgen hebben. Ondernemingen moeten de deuren sluiten, er zijn minder opdrachten en voor personeel is minder plaats. Gevolg: minder inkomsten, terwijl dezelfde alimentatie (zowel kinder- als partneralimentatie) betaald moet worden. Deze blog vertelt je meer over de wijziging van de alimentatiebijdrage

Wijziging alimentatiebijdrage

Alimentatiebijdrage stopzetten of verlagen?

Je mag niet zelf de bijdrage stopzetten of verlagen. Doe je dat wel, dan kan de deurwaarder of het LBIO tot inning over gaan. Dat betekent extra kosten en mogelijk zelfs een beslaglegging op bijvoorbeeld je loon of bankrekeningen.

Overleg over de bijdrage

Van belang is om samen overleg te hebben over het betalen van de bijdrage(n). Lukt dat niet, dan kan de rechter worden gevraagd om een beslissing te nemen over de hoogte van de te betalen bijdrage.

Denk in mogelijkheden

Op dit moment weten we niet hoe lang de huidige situatie gaat duren. Voor iedereen is het een lastige tijd en we moeten proberen met elkaar in mogelijkheden in plaats van onmogelijkheden te denken. Komen jullie er samen niet aan uit, neem dan vrijblijvend contact met mij op. We kunnen dan samen kijken welke oplossingen er mogelijk zijn.

Datum van wijziging alimentatiebijdrage

Als overleg niet mogelijk is, dan kunnen we kijken of het zinvol is om de rechter te benaderen. Wacht hier niet te lang mee, omdat de rechter het verzoek natuurlijk niet direct zal kunnen behandelen. In de meeste gevallen zal de rechter een wijziging laten ingaan vanaf de datum dat het verzoek is ingediend.

Auteur: Linda van Haperen

Bijdrage ouders bij studerend kind

Bijdrage ouders bij studerend kind

Kinderen kosten geld, ook als zij (jong-)meerderjarig zijn en een bijdrage nodig hebben.

De kinderalimentatie geldt tot de 18- jarige leeftijd. Vervolgens moeten ouders bijdragen in de kosten van levensonderhoud en studie (tot 21 jaar). Zelfs daarna kunnen kinderen onder omstandigheden bij hun ouders nog aanspraak maken op een bijdrage.

Bijdrage ouders bij studerend kind

Nu zijn ze nog klein… Maar hoe zit het met de bijdrage van ouders bij studerende kinderen?

Berekening kinderalimentatie

Voor de berekening van de kinderalimentatie wordt aangesloten bij de zogenoemde ‘Trema Normen’. In deze normen zijn tabellen opgenomen aan de hand waarvan de kosten van het kind worden begroot (behoefte) en wordt vermeld hoe deze kosten over de ouders moeten worden verdeeld. Ouders betalen naar verhouding van ieders inkomen (draagkracht).

Ouderschapsplan

Soms spreken ouders in het ouderschapsplan af dat de bijdrage door blijft lopen als het kind 18 wordt. In die situatie blijft de bijdrage, uitzonderingen daargelaten, gelijk. Als in het ouderschapsplan hierover niets is afgesproken (of als er geen ouderschapsplan of een rechterlijke uitspraak is) dan zullen de kosten anders berekend moeten worden. Vaak wordt dan gekeken naar de normbedragen zoals die zijn vermeld in de Wet Studiefinanciering 2000 of naar de werkelijke kosten. Zelfs als het kind werkt en daarnaast studeert, kan er nog een bijdrage nodig zijn.

Kind kan ouder aanspreken op bijdrage

Vanaf het moment dat het kind 18 jaar is geworden, kan hij/zij zelf de ouders aanspreken op een bijdrage. Uiteraard ligt dat erg gevoelig en kan er voor gekozen worden om een ouder hiervoor te machtigen. Deze ouder kan dan, namens het kind, de andere ouder aanspreken op de bijdrage.

Het berekenen van de uiteindelijke bijdrage is en blijft maatwerk. Iedere situatie is anders en niet met elkaar te vergelijken. Dat maakt het ook moeilijk om zelf een inschatting te maken over de hoogte van de bijdrage.

Vragen over bijdrage van ouders bij een studerend kind?

Uiteraard ben je welkom op kantoor (zowel ouders als (jong-)meerderjarigen) om vrijblijvend jouw situatie door te spreken.

Linda van Haperen

Rechten en plichten bij (jonge) kinderen

Rechten en plichten bij (jonge) kinderen

Wat een bijzondere en mooie gebeurtenis zou moeten zijn, verandert plots op het moment dat u uit elkaar gaat. Er volgt een onzekere periode met veel ups en downs, terwijl alle aandacht uit zou moeten gaan naar de zwangerschap en de bevalling. Wat zijn rechten en plichten bij (jonge) kinderen?

Niet alleen de moeder, maar ook de vader heeft recht op omgang met de baby

Rechten moeder en vader

Niet alleen de moeder, maar ook de vader heeft recht op omgang met de baby. Van belang is, zeker bij kleine kinderen, dat vaders het kindje met regelmaat zien. Ouders zullen hierover goede afspraken moeten maken. In mijn eerdere blog ‘ouderschap en samenwoners’ heb ik al uitleg gegeven over het ouderlijk gezag. Moeders hebben na de geboorte automatisch het gezag over een kind. Voor vaders ligt dat anders. Zijn ouders getrouwd, dan heeft vader ook automatisch het gezag. In die situatie hebben vader en moeder dezelfde rechten plichten. Zijn ouders niet getrouwd dan zal hiervoor nog het een en ander geregeld moeten worden (inschrijving in het gezagsregister).

Opvoeding door beide ouders

Beide ouders hebben niet alleen recht om het kindje samen op te voeden maar zijn hiertoe ook verplicht. Vader heeft ook het recht, en moeder dus de plicht, om geïnformeerd te worden en te worden geraadpleegd bij belangrijke zaken aangaande het kindje. Het kindje heeft recht op een gelijkwaardige verzorging en opvoeding door beide ouders.

Regelmatig contact

Met name bij baby’s is de hechting met de ouders erg belangrijk en het eerste jaar van een kind is hiervoor zeer bepalend. Een goede hechting met vader en moeder is belangrijk voor onder andere de ontwikkeling bij het kind van een positief zelfbeeld. Als de hechting slecht verloopt, lopen kinderen meer risico’s op moeilijkheden op school en bij het aangaan van relaties/vriendschappen. Het is dus belangrijk dat beiden ouders beseffen dat een kind er niet bij is gebaat om geen band te kunnen opbouwen met de andere ouder.

Om tot een goede hechting te komen is het van belang dat beide ouders de baby met regelmaat zien en verzorgen. Hechting ontstaat met name bij het verschonen, voeden, knuffelen, troosten en voeden van de baby.  Om deze reden is het voor kleine kinderen beter om beide ouders meerdere keren in de week te zien dan slechts éénmaal per twee weken een weekend. De frequentie is dus belangrijker dan de duur van het contact.

Opbouw contact jonge kinderen

Als de baby zich goed heeft gehecht, is het weer tijd voor het loslaten van het kindje. Er moet dan gelegenheid en ruimte zijn om zelfstandig dingen te onderzoeken en dat kan alleen als een kindje zich veilig voelt. Concreet kan voor jonge kinderen aan de volgende opbouw worden gedacht:

0 tot 9 maanden

Enkele keren per week een paar uur naar de andere ouder. Als ouders goed met elkaar kunnen communiceren, kan dit contact ook plaatsvinden bij de ouder waar het kind woont.

9 maanden tot 1,5 jaar:

Regelmatig contact is belangrijk waarbij gedacht kan worden aan iedere 3 tot 4 dagen.

1,5 tot 3 jaar:

Contact van 2 of 3 dagen waarbij ook overnachtingen kunnen plaatsvinden.

3 tot 5 jaar:

Uitbreiding van de contacten van 2 of 3 dagen met overnachting, waarbij gedacht kan worden aan co-ouderschap.

5 tot 12 jaar:

Een duidelijke en gestructureerde regeling. Contact kan tussendoor plaatsvinden via de telefoon en e-mail.

Opbouwende regeling

Het is voor uw kindje het prettigst als ouders samen een (opbouwende) regeling kunnen opstellen. Mocht u hierbij hulp of advies nodig hebben, dan kunt u uiteraard voor een vrijblijvend adviesgesprek met kantoor contact opnemen.

Auteur: Linda van Haperen

Indexatie alimentatie

Indexatie alimentatie

Ieder jaar wordt de alimentatie een stukje hoger, de zogenoemde indexering. De wetgever heeft bepaald dat iedere alimentatiebetaler verplicht is deze verhoging te betalen (tenzij partijen dit hebben uitgesloten). De gedachte achter de indexatie is gelegen in de situatie dat het salaris ieder jaar stijgt, maar ook de kosten van het levensonderhoud. Het percentage waarmee de bijdrage wordt verhoogd, wordt jaarlijks door de overheid vastgesteld.

Indexeringspercentage

Voor het jaar 2019 is het indexeringspercentage vastgesteld op 2%. Dit betekent dat de bijdrage (alimentatie) met ingang van 1 januari 2019 met 2% verhoogd moet worden.

Van belang is dat de indexering niet automatisch plaatsvindt. Het is belangrijk om dit als betaler zelf in de gaten te houden, omdat de indexatie met terugwerkende kracht (tot vijf jaar) kan worden gevorderd.

Partijen mogen de indexatie (voor een bepaalde periode of in het geheel) uitsluiten. Hierbij is wel van belang dat dat schriftelijk gebeurt. Dit kan interessant zijn als het loon niet jaarlijks meestijgt met het loon-/prijspeil. Daarnaast kunnen partijen een andere vorm van indexatie afspreken. Al met al voldoende reden om hierbij stil te staan bij het maken van afspraken rondom de kinder- en/of partneralimentatie. Een rechter kan eveneens worden gevraagd om de indexatie uit te sluiten, al komt dit niet vaak voor.

Vragen over de indexatie van alimentatie?

Mocht u benieuwd zijn of wij in uw situatie wat voor u kunnen betekenen, dan kunt u uiteraard voor een vrijblijvend adviesgesprek contact opnemen met kantoor. Voor het berekenen van de alimentatiebijdrage met indexatie kunt u kijken op de website van het LBIO (www.lbio.nl).

Linda van Haperen

Streep door 12 jaar partneralimentatie

Na de eerste poging van de politiek in 2015 om de duur van de partneralimentatie te wijzigen, is er eindelijk een vervolg op deze discussie. In eerste instantie is het plan om de partneralimentatie te wijzigen afgewezen, omdat veel partijen hier kritiek ophadden. Om deze reden is er een nieuw eenvoudiger wetsvoorstel aangekondigd. De Tweede Kamer heeft inmiddels ingestemd met het wetsvoorstel. Het is nu wachten op de Eerste Kamer. Indien ook de Eerste Kamer instemt met het wetsvoorstel, dan zal deze waarschijnlijk ingaan per 1 januari 2020!

Wat houdt dit nieuwe voorstel in?

De huidige maximale termijn van 12 jaar wordt teruggebracht naar 5 jaar. De gedachte is om de duur van de partneralimentatie gelijk te trekken aan de helft van het aantal huwelijksjaren. Bent u bijvoorbeeld 2 jaar getrouwd geweest, dan zal er 1 jaar partneralimentatie betaald moeten worden.

Op deze regel zijn een drietal uitzonderingen:

1. Kinderen

Als er kinderen geboren zijn, kan de duur van de partneralimentatie gelijk worden gesteld tot het moment dat het jongste kind 12 jaar is geworden;

2. AOW-leeftijd

Als een huwelijk langer dan 15 jaar geduurd heeft, en op het moment van de scheiding binnen 10 jaar de AOW-leeftijd bereikt wordt, kan tot de AOW-leeftijd aanspraak gemaakt worden op partneralimentatie.

3. 50 jaar en ouder

Wie ouder is dan 50 jaar en langer dan 15 jaar getrouwd was, kan aanspraak maken op 10 jaarpartneralimentatie.

Helaas geldt het nieuwe voorstel alleen voor toekomstige scheidingen. Oude alimentatieverplichtingen blijven ongewijzigd bestaan. De verwachting is dat, indien het wetsvoorstel door de Eerste Kamer daadwerkelijk goedgekeurd wordt, de wijziging per 1 januari 2020 in gaat. Verder moet er rekening mee worden gehouden dat kinderalimentatie altijd voor gaat op partneralimentatie. Is er na kinderalimentatie geen ruimte meer voor partneralimentatie, dan houdt het op.

De Tweede Kamer zal op korte termijn over dit voorstel gaan stemmen. Mocht de Tweede Kamer akkoord gaan met dit wetsvoorstel dan zal ook de Eerste Kamer haar stem nog uit moeten brengen. Het is dus nog even afwachten wat het uiteindelijke resultaat van de huidige discussie zal zijn.

Partijen mogen uiteraard in onderling overleg nu al afwijken van de 12 jaarstermijn. Partijen moeten het hier dan wel over eens zijn. Een uitgelezen kans om samen in mediation op dit punt overleg te voeren. Mocht u hier samen geen afspraken over kunnen maken, dan is het belangrijk om te weten dat een rechter nog altijd erg voorzichtig is in de verkorting van de partneralimentatietermijn.

Mocht u hier nog verdere vragen over hebben, dan kunt u uiteraard vrijblijvend contact opnemen.

mr. L.A.P. van Haperen

 

‘Golden Parachute’ ging niet open voor frauderende CFO

‘Golden Parachute’ ging niet open voor frauderende CFO

Contractuele ontslagvergoeding

Het komt regelmatig voor dat werknemers in de hogere echelons van bedrijven een vooraf bepaalde beëindigingsvergoeding laten opnemen in hun arbeidsovereenkomsten.

Met het opnemen van een dergelijke ‘golden parachute clause’ wordt voorkomen dat werkgever en werknemer in de toekomst moeten steggelen over de hoogte van een financiële vergoeding, wanneer de arbeidsovereenkomst tot een einde komt.

Het opnemen van een beëindigingsvergoeding in de arbeidsovereenkomst verdient aanbeveling vanuit het perspectief van de leidinggevende werknemer (bv. CEO, CFO of COO).

De statutair bestuurder van een Nederlandse vennootschap heeft een bijzonder rechtspositie. Voor deze werknemer geldt geen preventieve ontslagtoets. Reden temeer voor de statutair bestuurder om voorafgaand aan of tijdens het sluiten van een arbeidsovereenkomst de financiële gevolgen van een beëindiging van de arbeidsrelatie schriftelijk vast te leggen.

Deze contractuele afspraken zijn juridisch afdwingbaar, uitzonderingen daargelaten!

Uitspraak Kantonrechter d.d. 25 oktober 2018*

Onlangs heeft de Kantonrechter in een fraudezaak geoordeeld toekenning van een contractueel overeengekomen beëindigingsvergoeding naar maatstaven van de redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar was.

Wat speelde er?

In deze zaak was na intern en extern onderzoek komen vast te staan dat er door de CFO meer dan € 100.000 aan privé uitgaven, zakelijk was gedeclareerd. Na het plegen van wederhoor werd de CFO op staande voet ontslagen.

De CFO is vervolgens een gerechtelijke procedure gestart. Naast de vorderingen verband houdende met het ontslag op staande voet, heeft de CFO de contractuele beëindigingsvergoeding gevorderd ter grootte van € 336.078,37. De CFO voerde aan  dat hij gerechtigd is tot dit bedrag, ongeacht de reden van de beëindiging van het dienstverband.

De Kantonrechter stelde in deze zaak voorop dat niet uit de tekst van de arbeidsovereenkomst bleek dat het de bedoeling van partijen is geweest, dat bij iedere opzegging – dus ook een opzegging wegens dringende reden/staandevoets ontslag – werknemer gerechtigd was tot de contractuele beëindigingsvergoeding.

De Kantonrechter voegde daar aan toe dat het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is dat de werkgever een beëindigingsvergoeding van een dergelijke omvang zou moeten betalen, in het geval waarin er een terecht ontslag op staande voet is gegeven en de werknemer ernstig verwijtbaar heeft gehandeld.

Conclusie

Het vooraf contractueel overeenkomen van een ontslagvergoeding verdient aanbeveling. Zeker als het gaat om de functie/positie van de statutair bestuurder. Slechts in uitzonderingsgevallen, zoals hiervoor geschetst, kan betaling niet worden afgedwongen.

* Rechtbank Amsterdam, sector kanton, d.d. 25 oktober 2018, ECLI:NL:RBAMS:2018:7718

Auteur: Otto Lenselink

November 2018

BN De Stem: Celstraffen tot 4,5 jaar voor cokesmokkel bij Puijfelik

AMSTERDAM/OOSTERHOUT – Voor de smokkel van tientallen kilo’s cocaïne via papierverwerker Puijfelik in Oosterhout gaat de 59-jarige hoofdverdachte Adrie van P. 4,5 jaar de cel in.

Zijn zwager Jack A. (60) en een mede-verdachte uit de Dominicaanse Republiek krijgen elk 3 jaar onvoorwaardelijk. Dat heeft de Amsterdamse rechtbank woensdag bepaald.

De straf voor de hoofdverdachte (59) is even hoog als de eis van officier van justitie Koos Plooij. Advocaat Wesley Welten is meteen in hoger beroep gegaan: ,,We zijn zwaar teleurgesteld. Mijn cliënt is onschuldig.’’ Hogere straf De straffen voor de twee andere verdachten vallen zwaarder uit dan de eis van 2,5 jaar cel en 6 maanden voorwaardelijk.

Tijdens de zitting twee weken geleden gaven de twee zwagers uit Breda elkaar de schuld van de cokesmokkel, in twee containers met houtbriketten uit Ecuador. Maar de rechtbank gelooft dat niet.

Volgens het OM waren beide mannen betrokken. Hij baseerde zich daarbij onder meer op onderlinge sms’jes op cruciale momenten en contacten met andere inmiddels veroordeelde medeverdachten. In totaal zat er in twee containers bestemd voor het Oosterhoutse familiebedrijf, waar Van P. werkt, 90 kilo cocaïne. De drugs werden in januari in de Antwerpse haven onderschept.

Bron: BN De Stem